volgende »

[Ruud K]

In dit topic ga een overzicht geven van de stoomlocs die op de Schwarzburg-Neuffen-baan rondrijden.

Groet,
Ruud

[Matheus 18]

Zal wel de moeite worden Ruud.

Heb al veel stoomloks de revue zien paseren in jouw draadjes.
Mijn hobby ligt al wel meer als een jaartje stil, maar verzamel af en toe nog wel eens wat.
Als ik dan weer een opwelling krijg, kan ik weer een tijdje aan de slag, jammer dat ik tijdens een domme bui al mijn stoomlocs van de hand heb gedaan voor een spotprijsje.
Maar de reden hoef ik je niet te vertellen, die ken je wel.

Johan.

[Ruud K]

Ik zal m'n best doen om iets leuks van dit draadje te maken, Johan. Inderdaad jammer dat je je spullen voor spotprijzen hebt verkocht. Maar soms doe je wel eens dingen waar je later spijt van krijgt. Het is niet anders.

Groet,
Ruud

[neudalhausenstadbahn]

Hoi Ruud, gaat in dit topic ook verouder en/of ombouw werk ter spraken komen?, groetjes Michiel

[Ruud K]

Michiel: ja, dat is wel de bedoeling. Verder ook info over de locs in werkelijkheid.
 
Groet,
Ruud

[wil]

Beste Ruud , zo ik ben weer terug van vakantie en  zie daar een nieuw draadje.
Ik hoef je niet te vertellen dat ik een vaste bezoeker zal zijn ,in afwachting.

wil.

[Ruud K]

Br 01
Tussen 1925 en 1937 zijn 241 sleeptenderlocs van het type 01 gebouwd. De tweecylinders waren bestemd voor sneltreinen en konden een snelheid van 120 km per uur halen.
Na de Tweede Wereldoorlog kwamen ongeveer 170 locs in het bestand van de DB terecht. Aan het eind van de jaren ’50 besloot men een deel van de locs te moderniseren. Vanaf 1957 kregen 50 locs een nieuwe, gelaste ketel die hogere prestaties kon leveren.
De locs werden in heel Duitsland ingezet tot 1973, toen het tijdperk van deze machines eindigde.
Meer informatie: http://www.dbtrains.com/nl/locomotieven/tijdperkIII/BR01


Het model
De Br 01 in Schwarzburg is een model van Fleischmann en heeft als bedrijfsnummer 01 187. BD Regensburg, Bw Hof. De bedrijfstoestand is die uit de vroege jaren zestig. Deze loc had tussen 1957 en 1964 Bw Hof als thuisbasis en werd van daaruit onder andere ingezet op de Schiefen Ebene. De loc heeft een nieuwbouwketel.
Het catalogusnummer is 99 4169. Dit model is een Limitierte Sonderserie, alleen leverbaar geweest in 1999. De loc heeft Witte-windleiplaten, driepuntsverlichting, motor met vliegwiel, gebruineerde wielen en gele verdeeldozen. Af fabriek heeft het model geen stekker voor een decoder. Die decoder is er in gesoldeerd.
Ondanks dat het een grote loc is, gaat hij probleemloos door 360mm-bogen, zoals alle Fleischmann-locs.
De eerste versie van dit model dateert van 1987. Daarna is er niets wezenlijks meer aan veranderd. Sinds 1999 zit dit model niet meer in het programma van Fleischmann.

De Br 01 trekt de Blauer Enzian in het midden van de jaren vijftig bij het station van Schwarzburg:



Groet,
Ruud

[Ruud K]

Br 03.0-2
Omdat de asdruk van de Br 01 voor veel hoofdlijnen te hoog was (20 ton), ontstond als lichtere variant van de 01 de Br 03. De ketel van deze sneltreinlocomotief was kleiner en ook het frame was lichter, waardoor de aslast teruggebracht kon worden tot 18 ton.
Drie voorserielocs leverde de locomotieffabriek Borsig in 1930, die tot 1937 gevolgd werden door 295 seriemachines, gebouwd door verschillende fabrieken: Krupp, Henschel en BMAG. Ze werden ingezet voor sneltreinen. De maximumsnelheid was 120-130 km/uur.
Na de Tweede Wereldoorlog kwamen 144 machines bij de DB terecht. Daar werden ze veel ingezet en ze functioneerden tot grote tevredenheid, Aan het eind van de jaren ’60, met de toenemende electrificering, werd de 03 overbodig en in 1972 verdween de laatste 03 van het Duitse spoor.



Het model


(klik)

Het model van de 03 in Schwarzburg is van Fleischmann en heeft als bedrijfsnummer 03 090. BD Hannover, Bw Bremen Hbf. Bedrijfstoestand 1963. Het artikelnummer is 7 4103. Deze loc is af fabriek voorzien van een sounddecoder. Deze is leverbaar geweest van 2004 tot 2008. De loc gaat soepel door bogen van 360 mm.
Fleischmann heeft deze sleeptenderloc sinds 1995 in het programma en hij is nog steeds leverbaar. Aan het model is weinig veranderd. Alleen is er in de meest recente versie (vanaf 2008) een ander type tender achter de loc geplaatst.

Groet,
Ruud

[wil]

Ruud , perfecte uiteenzetting ,deze ga ik wel aankopen gezien dat de lok door de krappe bochten kan nemen.

Vele Fleischmann inmiddels verkocht vanwege het probleem bij verkeerd gedrag van te  krappe bochten.

Bedankt nog voor de technische rij kwaliteit.

wil.

[Ruud K]

Br 03.10

Als verdere ontwikkeling van de tweecylinder Br 03.0-2 ontstond vanaf 1939 de driecylinder Br 03.10, die bestemd was voor snelle personentreinen op hoofdlijnen. De machines kregen een stroomlijnbeplating, waarmee betere prestaties te realiseren waren. De locs waren gebouwd voor snelheden van 150 km/uur; later werd dit teruggebracht naar 140 km/uur.
Borsig leverde twee machines als voorserie in 1939. Er waren daarna nog 138 exemplaren gepland, maar door de oorlog bleef het bij 60, gebouwd door drie verschillende fabrieken: Borsig, Krupp en Kraus-Maffei. De stroomlijnbekleding bleek lastig bij het onderhoud. Die werd daarom na enige tijd bij veel locs weer  gedeeltelijk verwijderd.



Na de oorlog kwamen 26 van deze locs bij de DB terecht. De stroomlijnbekleding werd toen helemaal verwijderd, omdat het prestatieverhogende effect ervan vrijwel nihil bleek te zijn. Ook werden de locs gereviseerd. Daar de ketel in het midden van de jaren ’50 vermoeidheidsverschijnselen begon te vertonen en bij één exemplaar zelfs explodeerde, besloot men tussen 1957 en 1961 alle oude ketels te vervangen door nieuwe, gelaste exemplaren. Ook werden andere onderdelen vervangen, zoals de verbrandingskamer. Tot 1966 bleven deze locs in bedrijf.
In de jaren ’50 zette de DB een net op van F-treinen (Fernschnellzüge), waarvan de wagons blauw gelakt werden. Voor dat net werd de Br 03.10 ook ingezet. Drie van deze locs voor die F-treinen, te weten de 03 1014, de 03 1022 en de 03 1043, werden in 1950 gedeeltelijk in de bij de wagons passende blauwe kleur gelakt. De bijnaam van die loc was de blauwe Mauritius.  



Het model


(klik)

Roco is de fabrikant van de Br 03.10 die in Schwarzburg rondrijdt. Bedrijfsnummer 03 1014.  BD Essen, Bw Dortmund. Bedrijfstoestand 1950. Artikelnummer 63281, verschenen in de Platin-serie. Alleen in deze uitvoering leverbaar geweest in 2005. De loc is voorzien van een sounddecoder.
Deze loc heeft de blauwe kleurstelling, is dus bestemd voor het trekken van F-treinen. Niet alleen is deze loc uiterst fraai vormgegeven door Roco en schitterend van kleur, zij heeft als extra ook nog led-verlichting boven de wielen.
De loc is in principe bedoeld voor een boogstraal van 415 mm, maar volgens de handleiding kan zij ook door 360 mm-bogen als je de zuigerstangen niet monteert. En dat klopt met mijn ervaringen: de loc loopt daar goed doorheen. Opmerkelijk voor zo'n grote stomer.
Roco heeft deze loc tussen 2006 en 2009 ook in het zwart in het programma gehad, met verschillende bedrijfsnummers: 03 1011, 03 1049, 03 1060.

Groet,
Ruud

[Ruud K]

Br 10

Voor zware sneltreinen in het reizigersverkeer werd in de jaren ’50 de driecylinder-Pacific-sneltreinloc Br 10 gebouwd in het kader van het na-oorlogse nieuwbouwprogramma van de DB. Hij moest de Baureihen 01.10 en 03.10 gaan aflossen. Er werden twee Br 10-locs gebouwd en afgeleverd door Krupp in 1956-57. Een verdere bouw van deze locs bleef uit, omdat door de tractiewissel naar elocs die in die jaren versneld op gang kwam, stoomlocs niet meer nodig waren. De 10 001 was in het begin een kolengestookte loc, met aanvullende mogelijkheden tot oliestook, de 10 002 vanaf het begin een oliegestookte loc. Al gauw, in 1959, werd de 10 001 ook omgebouwd tot volledige oliestook. De 10 001 had geen zilverkleurige ketelringen, de 10 002 wel.
Met haar 22 ton asdruklast was de deels ‘verklede’ loc te zwaar uitgevallen, zodat ze maar beperkt ingezet kon worden. Na verschillende schades aan het aandrijfwerk kwam al eind 1967, begin 1968 een einde aan de carrière van deze locomotieven. De loc behoort, ondanks de korte inzettijd, tot de meest legendarische locs van haar tijdperk.



Het model



De oliegestookte 10 002 maakt deel uit van het materiaal op m’n baan. Het is een model van Trix, artnr. 22125, en voorzien van een 21-polige stekker voor een decoder. Bedrijfstoestand 1960. BD Kassel, Bw Bebra. Het model, grotendeels van metaal, is leverbaar geweest van 2006 tot 2011. Toen kwam concurrent Roco met een nog iets fijner gedetailleerd model van de Br 10 op de markt. Vergeleken met Roco is de afstand tussen loc en tender ook geringer, al is die afstand bij het Trix-model verstelbaar, afhankelijk van de bogen die men wil berijden.
De Trix-loc kan ondanks de grootte van het model zonder problemen door bogen van 360 mm en loopt soepel, maar niet heel stil, zoals wel vaker bij Trix-modellen. Trix heeft ook een model van de 10 001 op de markt gebracht, in 2001, maar die is al jaren niet meer leverbaar.

Groet,
Ruud

[tothebeach]

Leuk draadje Ruud! De combinatie echt en model, zo met de op en aanmerkingen betreffende het model krijg je een leuk overzicht over jouw verzameling, maar ook over wat er verkrijgbaar is/was.

Groet,
Michel

[Bjorn van der Meulen]

Inderdaad een erg leuk en nuttig draadje, wordt een mooi naslagwerk zo!

mvg Bjorn

[Ruud K]

Br 18 (S 3/6)

In het voorjaar van 1907 kreeg Maffei de opdracht tot de bouw van een viercylinder Pacific-loc voor de Beierse Staatsbanen. Dit werd de S 3/6. De eerste machine verliet in juli 1908 de fabriek. Tot 1931 werden in twee aanschafperiodes en verschillende series tientallen van deze locs gebouwd, de laatste 18 exemplaren in 1930/31 door Henschel na het faillissement van Maffei.
Speciaal voor de spoorwegtentoonstelling in Seddin in 1924 werd een exemplaar, de S 3/6 3709, in een feestelijke lichtblauwe uitvoering geschilderd, gecombineerd met goudkleurige ketelringen en applicaties uit gepolitoerd messing. Destijds baarde deze loc in die outfit veel opzien. De standaardkleur voor het normale gebruik was groen:



Er bestaat ook een hardblauwe uitvoering:



De locs voerden zware sneltreindiensten uit in Zuid-Duitsland. Hun maximumsnelheid was 120 km/uur.
Bij de DRG werden de locs omgenummerd tot Br 18.4 en 18.5. In deze Reichsbahntijd werden de locs bekend als machines die de Rheingoldtrein (uitvoering 1928) trokken.
Na de Tweede Wereldoorlog voerde men tussen 1953 en 1956 een grondige modernisering uit aan 30 machines uit de laatste drie afleverseries. De locs kregen een gelaste ketel en een nieuw vormgegeven machinistencabine. Die 30 gemoderniseerde stomers kregen ook een nieuw Baureihenummer: Br 18.6 (18.601-630). Ze bleven werkzaam in het zuiden van Duitsland in het reizigersverkeer. Hun prestaties deden nauwelijks onder voor die van de Br 01.
Naast de gemoderniseerde 18.6 bleven nog een aantal niet-verbouwde 18.4 in gebruik tot in de jaren ’60. In 1965 kwam een einde aan de inzet van deze locs, zowel van de 18.4 als de 18.6.



Het model



De sneltreinloc Br 18.6 in Schwarzburg is een Fleischmann-model, artnr. 7 4118. Deze is af fabriek voorzien van een sounddecoder. Bedrijfsnummer 18 629. BD Stuttgart, Bw Ulm. Bedrijfstoestand 1956. Dit model is in deze uitvoering en met dit bedrijfsnummer leverbaar geweest van 2004 tot 2008. Fleischmann heeft dit model tot 2010 ook geleverd met de bedrijfsnummers 18 609 en 18 620. Momenteel is zij niet meer in het programma voor tijdperk III.
Het model is prachtig gedetailleerd en zeer verfijnd uitgevoerd. Ik vind dit een van de mooiste modellen van Fleischmann. De rijeigenschappen zijn op vlak en licht geaccidenteerd terrein voortreffelijk. De loc loopt soepel en is zeer stil. Bogen van 360 mm zijn geen enkel probleem. Punt van aandacht is wel de trekkracht; op de steile Schwarzburger Steige ( 4%) heeft de loc maar net voldoende power om een flinke sleep personenwagens naar boven de sleuren.
Naast de 18.6 heeft Fleischmann tussen 2009 en 2012 ook een 18.4 voor tijdperk III op de markt gebracht.

In de materieelverzameling van Schwarzburg bevindt zich ook een model van de DRG Seddin-tentoonstellingsloc voor tp II, Fleischmann artnr. 480902. Dit is een exclusieve, eenmalige uitgave, in 2009 uitgekomen. Bedrijfsnummer 3709. Bedrijfstoestand 1924. In Schwarzburg fungeert hij als museumloc.



In 2012 verscheen ter gelegenheid van het 125-jarig jubileum van Fleischmann een exclusieve eenmalige uitgave van deze loc in het groen voor tp II, artnr. 411902.

Groet,
Ruud

[oetbeem]

Erg mooi maare er missen nog wel wat stomers volgens mij

Mvg Danny