TEE in het kort
In oktober 1954 hield de Europese treindienstcommissie zich in Boedapest voor het eerst bezig met de opbouw van een treinennet van bijzonder comfortabele verbindingen tussen Europese steden onder de naam ‘Trans-Europ-Express’.
Al de maand daarop kwamen in Utrecht delegaties van 7 landen bijeen om de uitgangspunten vast te leggen: de DB, CFL, FS, NS, SBB, SNCB en SNCF. Die uitgangspunten waren:
- hoge reissnelheid
- geen of heel kort oponthoud bij de grenzen
- eigentijds eerste klasse-comfort
- eenheidsbeeld in het uiterlijk van de treinen
Uit de wens om bij de grenzen zo min mogelijk oponthoud te hebben, volgde haast vanzelf de keuze voor dieseltreinen/treinstellen. Al gauw bleek dat men het niet eens kon worden over een Europese ‘eenheidstrein’. Zo ontstonden er verschillende treinstellen die wel allemaal aan een aantal minimumeisen voldeden, waaronder maximaal drie zitplaatsen per rij, een keuken ter verzorging van de reizigers en een maximale snelheid van 140 km/uur. Die treinen werden allemaal bordeaurood-beige gelakt en kregen het TEE-embleem. Het Duitse dieseltreinstel VT 11.5 was duidelijk de topper onder de TEE-treinstellen wat betreft uitvoering, luxe en comfort.
Het TEE-tijdperk begon in de zomer van 1957 toen de eerste treinstellen op het spoor verschenen.
Dit is het TEE-net volgens de winterdienstregeling 1957-1958:
TEE-Mediolanum
In oktober 1957 begon het tweedelige treinstel van de FS (Italiaanse spoorwegen) als TEE 75/76 aan zijn diensten. Het treinstel reed tussen München en Milaan over de Brennerroute van de Alpen.
Het treinstel was een FS-Aln 442/448, ontwikkeld naar analogie van het eerste TEE-treinstel van de Franse spoorwegen. In 1957 en 1958 werden de eerste treinstellen afgeleverd met twee dieselmotoren van het type Breda. Er was plaats voor 90 reizigers. In totaal zijn er 10 van deze treinstellen in gebruik genomen. Tot 1972 reden ze TEE-diensten. Daarna werden ze omgebouwd en nog in Italië ingezet. In 1982, na 25 dienstjaren, werden ze terzijde gesteld. Echt een feest was het vervoer in deze treinstellen niet. Ze kregen als bijnaam 'de vrachtwagen' vanwege het lawaai dat de dieselmotoren ontwikkelden. Ook werden ze wel 'borstelwassers' genoemd op grond van de herrie.
De Mediolanum in het station van München in 1957:
Het model
Roco heeft verschillende versies van dit model uitgebracht, zowel in de FS-versie als in de TEE-versie. Het is bij aanschaffen goed opletten voor de juiste versie, want de pure FS-versie heeft wel TEE-kleuren, maar geen TEE-opdruk in teksten en logo. Langs Schwarzburg rijdt de TEE-versie, artnr. 63117. Opvallend is de mooie en gedetailleerde vormgeving. Het is echt een supermodel geworden.
Het treinstel kan in principe door een vrij krappe boog. Volgens het instructieboekje: 358 mm. (Flm R1, Roco R2). Maar door de lengte van het treinstel en door de nogal uitstekende neus bij de bochten kan het op de baan voor problemen zorgen.
(klik)
Groet,
Ruud